Spouwankers: klein detail groot verschil

spouwankers

Spouwankers: klein detail groot verschil

Ze vallen nauwelijks op, maar spouwankers zijn onmisbaar voor de stabiliteit van gevelmetselwerk. Deze kleine verbindingsstukken zorgen ervoor dat het buitenblad stevig vastzit aan het binnenblad. Toch gaat het in de praktijk vaak mis. Een verkeerde toepassing kan leiden tot scheuren, vochtproblemen en zelfs instabiliteit. Hoe voorkom je dat?

Wat zegt de norm?

Volgens de Eurocode is het verplicht om spouwankers projectspecifiek te berekenen. ‘Op gevoel’ plaatsen is geen optie. Ook de manier van aanbrengen vraagt aandacht. Het patroon moet verspringend zijn, met voldoende rijen bij penanten en borstweringen. Bij geveldragers en lateien hoort altijd een eerste rij. Rond openingen en dilataties geldt: het eerste anker mag niet verder dan 200 millimeter van de rand zitten. Boven lateien moeten ankers zo dicht mogelijk boven het hoeklijn komen, maximaal een halve meter hoog.

Meer dan alleen maatvoering

De spouwbreedte is cruciaal: minimaal 40 millimeter voorkomt vochtproblemen en scheurvorming. Ook het materiaal speelt mee: corrosiebestendig RVS is vaak verplicht, zeker bij gevels die lang mee moeten. Let daarnaast op veelgemaakte fouten zoals te lange of te korte ankers, schuin plaatsen, ombuigen of een onjuist patroon. Het lijkt een detail, maar correcte toepassing verlengt de levensduur van de gevel en voorkomt kostbare schade.

Wil je alle richtlijnen en aandachtspunten op een rij?

Lees deze publicatie over spouwankers op:

Meer technische publicaties vind je hier

Share this post